Verbinding
Maatwerk
Deskundig

Das Problem haben Sie gut aufgelöst

DURVEN IS GOED, MAAR KENNIS VAN IDIOOM IS BETER

Jouw Duitse relaties waarderen het als je Duits met ze spreekt. Als je dat goed doet, dan geeft je dat een voorsprong op andere buitenlandse concurrenten. Gebruik je daarin verkeerd idioom, dan zal je Duitstalige gesprekspartner je dat vast willen vergeven. Maar het kan natuurlijk wel tot onbegrip leiden en enige hilariteit. Daarom in het vervolg van deze blog enkele voorbeelden van zogenaamde “Stolpersteine” (hindernissen) veroorzaakt door “falsche Freunde”. Die laatste zijn woorden en begrippen die in het Duits en Nederlands erg op elkaar lijken, maar die een andere betekenis hebben en soms tot hilariteit of onbegrip over en weer kunnen leiden. In vervolg op eerdere blogs over dit onderwerp bespreek ik vandaag wederom een paar voorbeelden. In latere blogs volgen er meer.

losen, das Los; lösen, die Lösung; los(e)

In de korte titel hierboven staan twee fouten. Of, nauwkeuriger gezegd, het voltooid deelwoord aufgelost bevat twee fouten. Het is een samentrekking van werkwoorden (auflösen en losen) die in de beoogde betekenis in het Duits niet bestaat, echter door een goedwillende Nederlandstalige als adequaat Duits kan worden beschouwd. Ik stel voor om stapsgewijs eens door het labyrint aan “Stolpersteine” heen te lopen. Uitgangspunt daarbij is de Nederlandse zin “U hebt het probleem goed opgelost.” Onze Nederlandse vriend wil met de titelzin zijn Duitstalige gesprekspartner een compliment geven door tegen deze te zeggen dat hij het probleem goed opgelost heeft. In het Duits had de zin echter moeten luiden “Sie haben das Problem gut gelöst". De Duitse vertaling van het Nederlandse (een probleem) oplossen is namelijk (ein Problem) lösen.

Het Duitse werkwoord lösen is voor ons Nederlanders een moeilijk werkwoord, want het kan in meerdere betekenissen worden gebruikt. Het betekent dus oplossen (Das Rätsel wurde gelöst)maar het kan ook losmaken betekenen: "Sie löst den Knoten/die Haare/die Handbremse" ("Zij maakt een knoop/de haren/de handrem los").

Lösen kan echter ook afscheid van iets nemen /iets uitmaken betekenen: "Er löste die Verlobung" ("Hij maakte de verloving uit"), maar ook iets loslaten: sich von seinen Vorurteilen lösen” (zijn vooroordelen loslaten).

Maar je kunt in het Duits ook eine Fahrkarte an einem Automaten lösen. Je koopt dan een kaartje bij een automaat. Lösen betekent hier kopen.

Het zelfstandig naamwoord bij lösen is die Lösung (de oplossing)Het Duits kent ook het zelfstandig naamwoord die Losung (zonder Umlaut dus) hetgeen in het Nederlands de leuze, het parool betekent. Zo hebben politieke partijen eine Losung, waarmee ze potentiële kiezers willen trekken of wordt in religieuze gemeenschappen eine Losung gelesen (een spreuk/tekst gelezen).

Het werkwoord losen (dus zonder Umlaut) heeft als Nederlandse betekenis loten en kan ook als zelfstandig naamwoord gebruikt worden: “Das Los bestimmt unser Urlaubsziel” ("Het lot bepaalt waar we tijdens de vakantie naartoe gaan").

Daarnaast bestaat ook het Duits bijvoeglijk naamwoord los, wat in het Nederlands los en vrij kan betekenen, (die losen Seiten eines Buches = de losse bladzijden van een boek) maar ook voorkomt in de Nederlandse betekenis aan de hand zijn: “Was ist hier los?” betekent “Wat is er hier aan de hand?”

auflösen, einlösen

Het werkwoord auflösen heeft in het Nederlands diverse betekenissen. Veel voorkomend zijn de betekenissen doen verdwijnen, en zich oplossen in. Een voorbeeld van het gebruik met de eerstgenoemde betekenis: einen Haushalt, ein Geschäft, das Parlament, eine Versammlung, einen Vertrag auflösen (een huishouden stopzetten, een winkel sluiten, het parlament opheffen, een vergadering beëindigen, een verdrag opzeggen). Je ziet dat het Duitse auflösen in het Nederlands afhankelijk van de context steeds door een ander werkwoord vertaald moet worden.

Een voorbeeld van de tweede betekenis vinden we terug in een zin als “Tabletten in einem Glas Wasser auflösen” ("Tabletten in een glas water oplossen").

Het werkwoord einlösen tenslotte heeft ook meerdere betekenissen. Twee veel voorkomende zijn inwisselen (einen Scheck oder Gutschein (tegoedbon) einlösen) en een belofte inlossen/vervullen (sein Versprechen, sein Wort, seine Zusage einlösen).

Aan de hand van deze paar voorbeelden wordt duidelijk dat je makkelijk ins Fettnäpfchen treten kunt (een faux pas kunt begaan) of Stolpersteine (hindernissen) moet overwinnen in de Nederlands-Duitse communicatie.


Volgende week wederom een nieuwe blog met daarin meer van soortgelijke aandachtspunten.


Wil je ook beter worden in zakelijk Duits?

Wil je liever een training volgen om dit soort fouten niet meer te hoeven maken als je met Duitsers communiceert in een telefoongesprek, een verkoopgesprek, via een presentatie of per e-mail? Kijk dan ook eens bij mijn trainingsaanbod. Ik bied altijd maatwerk, zodat je zeker weet dat je leert wat jij nodig hebt in jouw specifieke situatie.

Of neem meteen contact met me op.